Met epidemiologische studies is aangetoond dat er een relatie bestaat tussen parodontitis en atherosclerotische aandoeningen. De vorming van atherosclerotische plaque kan een hart- of herseninfarct veroorzaken, en zelfs overlijden tot gevolg hebben. Het is echter nog niet bewezen dat parodontitis een causale rol speelt bij deze ernstige aandoeningen. De pathogenese van atherosclerose is complex, omdat verschillende factoren tezamen een interactieve rol spelen. Het klinisch beloop van deze vaataandoening is heterogeen en er bestaan verschillende fenotypen van atherosclerotische hart- en vaatziekten.
Als we er tóch van uitgaan dat parodontitis mede een oorzakelijke rol speelt bij atherosclerotische hart- en vaatziekten, zijn er minimaal vier clusters van oorzaken aan te wijzen:
- genetische aanleg met epigenetische modificaties van het genoom, zoals ANRIL, PLG, CAMTA2;
- aan de levensstijl gerelateerde factoren die leiden tot een te hoog cholesterolgehalte in het bloed (dyslipidemie), zoals een risicovol (vet) dieet en roken;
- bepaalde systeemziekten, zoals diabetes mellitus;
- chronische ontstekingsziekten, zoals reumatoïde artritis en parodontitis.
Van atherosclerotische hart- en vaatziekten is bekend dat de mate waarin een risicofactor bijdraagt aan het verkrijgen van de ziekte, van patiënt tot patiënt kan verschillen. Niet iedere patiënt die een hartinfarct heeft gehad, hoeft een roker te zijn, een verhoogd cholesterolgehalte te hebben, of aan parodontitis te lijden.
De link tussen parodontitis en atherosclerose is te verklaren, doordat er geregeld bacteriën en allerlei ontstekingsmediatoren vanuit het geülcereerde pocketepitheel in het lichaam terechtkomen. Ze dragen bij aan het ontstaan van een pro-inflammatoire status, een protrombotische toestand en aan een dyslipidemie. Hierdoor vindt er in de bloedvaten meer plaquevorming plaats. Gemeenschappelijke genetische risicofactoren bepalen hoe de ontstekingsreacties zich in het lichaam van de patiënt zullen ontwikkelen: normaal, hyperreactief of hypoactief.
Hoewel het causale verband tussen atherosclerotische hart- en vaatziekten en parodontitis niet bewezen is, blijkt uit onderzoek dat de conditie van het vaatstelsel verbetert wanneer iemand met parodontitis succesvol is behandeld. Dit komt doordat de vorming van atherosclerotische plaque afneemt. Ten gevolge van de parodontale therapie vermindert eveneens de endotheliale disfunctie en daalt de bloeddruk. Ook neemt de dikte van de intima media af en zien we dat de CRP-spiegel, een belangrijke biomarker van atherosclerotische hart- en vaatziekten, daalt. We mogen dus stellen dat parodontale behandeling niet alleen de mondgezondheid en de prognose van de parodontaal aangedane gebitselementen verbetert, maar ook bijdraagt aan de algemene gezondheid. Met deze gedachte in het achterhoofd zouden alle mondzorgverleners hun patiënten regelmatig op parodontitis moeten screenen en ze, wanneer er sprake is van parodontitis, zorgvuldig moeten behandelen. Levenslang parodontale nazorg mag daarbij niet ontbreken.
Accreditatie
Voor dit nascholingsprogramma is KRT-erkenning voor 4 punten (onder ID276495) en Q-Keurmerk© toegekend.
Inhoud
- Woord vooraf
- Parodontitis in relatie tot andere ziekten
- Hart- en vaatziekten in relatie met het aantal natuurlijke gebitselementen en de mondhygiëne
- De epidemiologische link tussen parodontitis en hart- en vaatziekten
- Mechanismen die een rol spelen bij de relatie tussen parodontitis en hart- en vaatziekten
- Atherosclerose en endotheliale disfunctie bij parodontitis
- Invloed van parodontale behandeling op atherosclerose
Auteur
Prof. dr. Bruno G. Loos is hoogleraar parodontologie bij het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA). Loos studeerde af als tandarts aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en behaalde een Master of Science in de parodontologie aan de Loma Linda University (CA, VS). Daarna studeerde hij orale biologie aan de University at Buffalo (NY, VS) en promoveerde hij aldaar. Momenteel is hij voorzitter van de sectie Parodontologie Orale Biochemie van het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam. Daarnaast is hij directeur van de postinitiële Master of Science Oral Health Sciences, directeur van het profiel Parodontologie en een van de drijvende krachten achter het onderzoeksprogramma Orale infecties en ontstekingen. Bruno Loos doet fundamenteel wetenschappelijk onderzoek naar de mondgezondheid, en in het bijzonder naar de immunobiologie en genetica van parodontale aandoeningen. Zijn klinisch onderzoek richt zich vooral op de relatie tussen de mondgezondheid en de algemene gezondheid, in het bijzonder de associaties met hart- en vaatziekten en diabetes.
Doelstellingen
Na het doorlopen van deze eLearning kunt u:
- het begrip comorbiditeit uitleggen;
- ziekten en aandoeningen noemen die met parodontitis geassocieerd zijn;
- het verschil aangeven tussen absolute en relatieve risico’s;
- de ‘bekende’ risicofactoren voor hart- en vaatziekten opnoemen;
- aangeven hoe groot de impact van parodontitis is op het plaatsvinden van een ischemische gebeurtenis;
- een overzicht geven van de mechanismen die de rol van parodontitis bij hart- en vaatziekten biologisch verklaren;
- de gevolgen aangeven van een bacteriëmie voor het immuunsysteem, de bloedstolling en de vetstofwisseling;
- een beeld schetsen van de overlap in genetische aanleg voor (postadolescente) parodontitis en hart- en vaatziekten;
- methoden noemen om de mate van endotheliale disfunctie te bepalen;
- aangeven welk effecten de behandeling van parodontitis heeft op de conditie van het bloedvatenstelsel, op bepaalde levereiwitten
- en de vetstofwisseling.