In de profielschets van de psychiater (zie hier onder NVvP-documenten) is te lezen: ‘Aangezien psychiatrisch ziek zijn per definitie een verstoring met zich meebrengt van de verhouding tussen het individu en zijn omgeving, dient de psychiater altijd aandacht te besteden aan die omgeving.’ Met de invoering van de 'kindcheck' is de psychiater daartoe zelfs verplicht. Praten met familieleden en naastbetrokkenen behoort dus een vaardigheid te zijn van iedere professional in de ggz. Concepten en technieken uit de systeemtherapie helpen deze vaardigheid vorm te geven.
Systeemtherapie is een mooi, maar geen gemakkelijk vak. Het wijkt nogal af van de dominante theoretische concepten, die vooral gericht zijn op individuen. Systeemtherapeuten maken juist gebruik van de veelheid van gevoelens, meningen en visies die bij naastbetrokkenen en anderen uit de leefwereld aanwezig zijn. Hiermee bevordert de therapeut zijn of haar ‘therapeutisch systeem’ en tegelijkertijd het therapeutisch proces.
De relatie- en gezinstherapie kwam op rond de jaren vijftig van de vorige eeuw en verzette zich tegen het dominant biologische en intrapsychische denken van die tijd. De interne processen staan niet meer centraal, maar het gaat vooral over interacties en relaties (het is geen ‘rondjestaal’, maar ‘streepjestaal’). Het gaat om de invloed van context en relaties op emoties, gedrag en cognities. Het Zelf, de identiteit vormt zich door relaties.
In de systeemtherapie is het uitgangspunt dat het gedrag en functioneren van mensen begrepen kan worden en betekenis krijgt door relaties, door wat er zich tussen mensen afspeelt. Dit laatste, wat er zich tussen mensen afspeelt, krijgt zo betekenis in een context. Verschillende elementen resoneren mee in de context, zoals tijdgeest, ras, sociaaleconomische positie, gender, huidige leefsituatie, familiegeschiedenis, temperament, lichamelijke gezondheid. Het gaat dus over relaties (wat voor relatie is het, hoe wordt die relatie beleefd en gezien) in verhouding tot de context waarin de interacties zich afspelen.
Tijd is een belangrijk procesmatig onderdeel van systemen. Bij de ontwikkeling van baby tot oudere kunnen we ontwikkelingsfasen onderscheiden. Gezinnen kennen ook een levenscyclus (veranderingen in samenstelling en verhoudingen). Gezinnen leven in samenlevingen en culturen en die zijn weer onderhevig aan tijdsbeelden en tijdsgeest.
Er zijn binnen de systeemtherapie veel verschillende theorieën en praktijken, maar de relationele en contextuele manier van kijken naar spanningen, problemen en veranderingen is het centrale uitgangspunt en de focus van de systeemtherapie. Samengevat: het gaat om het complexe en tijdsgebonden web van interacties, verhoudingen, perspectiefuitwisselingen tussen mensen, in tal van systemen en in verschillende contexten.
In hun werk maken systeemtherapeuten veel gebruik van zoomlenzen: ze zoomen in op de intimiteit van de interacties tussen mensen (microscoop), maar zoomen ook weer uit naar metaniveau (telescoop), hoe kunnen deze interacties ook begrepen worden vanuit een groter contextueel perspectief. Het gaat om reflexie (wederkerigheid) en reflectie (denken over). Kortom: observaties en het denken over observaties, praten over al dan niet spreken, denken over denken. Hierin is de opstelling van de therapeut of ‘het therapeutisch systeem’ nadrukkelijk een onderdeel van het gesprek.
Op hun zoektocht naar theoretische onderbouwing van relationele en contextuele processen maken systeemtherapeuten gebruik van verschillende vakgebieden en perspectieven, zoals biologie, cybernetica, sociologie, sociaal constructivisme, maar uiteraard ook hechtingstheorie en leertheorie.
Contextuele psychiatrie en daarmee samenhangend het praten met families en naastbetrokkenen krijgt de laatste jaren veel meer aandacht. Enige kennis van en ervaring met systeemtherapie is bij het vormgeven hiervan bruikbaar, helpend en noodzakelijk. Systeemtherapie gaat uiteraard over gesprekken met echtparen, gezinnen en families, maar het is vooral een manier van kijken, denken en handelen. Met de ‘systeemtherapeutische bril’ probeert men gedrag en problemen van mensen te begrijpen en te onderzoeken waar verandering mogelijk is. Met deze bril wordt ook gekeken naar het individu, netwerken en organisaties (school, leraren, hulpverleners enz.). Dit betekent dat er op allerlei niveaus interventies mogelijk zijn.
Inhoud
Blok A Zeven principes van de systeemtherapie
A1 Inleiding
A2 Gedrags- en communicatievorm
A3 Structuur van het systeem
A4 Gedachten en 'belief system'
A5 Ontwikkeling en levensfase
A6 Emoties en hechting
A7 Het verhaal, het narratief
A8 Het therapeutisch systeem, de innerlijke dialoog van de therapeut
Blok B Diagnostiek en behandeling
B1 Diagnostiek
B2 Behandeling
Actie en verantwoording
Nadere bespreking van de vragen en casuïstiek
Literatuur
Afsluitende toets
Accreditatie
Voor dit nascholingsprogramma is onder ID 378299 voor 3 punten accreditatie toegekend.
Over de auteurs
Jan Baars is klinisch psycholoog, psychotherapeut en systeemtherapeut. Hij is op dit moment werkzaam bij het specialistisch programma voor kinder- en jeugdpsychiatrie van ggz Veenendaal. Hij heeft ruime ervaring in de volwassenen-, ouderen- en forensische psychiatrie. Tevens is hij hoofdopleider systeemtherapie van de RINO-groep te Utrecht en heeft hij vele jaren het onderdeel systeemtherapie in de A-opleiding verzorgd.
Belangenconflicten: geen.
Doelstellingen van dit nascholingsprogramma
Na afloop van deze nascholing:
- kunt u problemen in hun context te begrijpen;
- bent u in staat problemen relationeel te maken;
- kunt u relaties en spanningen vanuit verschillende perspectieven en posities analyseren;
- kunt u spanningen en problemen op een tijdslijn van de persoon en de familie plaatsen (gevoeligheid voor overgangen);
- bent u in staat een gesprek met een familie of andere naastbetrokkende op te starten;
- bent u op hoofdlijnen bekend met de wetenschappelijke onderzoeksgegevens omtrent systeemtherapie;
- bent u zich ervan bewust hoe uw intern proces, uw ‘interne dialoog’ (observaties, gevoelens en emoties) een afspiegeling kan zijn wat er in het gezin speelt.