Samenvatting
Het omgaan met (potentieel) geneesmiddelenmisbruik en verslaving is een van de meest genoemde ethische dilemma’s door openbaar apothekers. Patiënten bij wie (het vermoeden van) geneesmiddelenmisbruik of geneesmiddelenverslaving bestond, verzochten de apotheker te snel om een herhaling van deze geneesmiddelen. Het betrof hier meestal opioïden of benzodiazepinen. Apothekers worstelen met het mogelijk in stand houden van verslavingsgedrag aan de ene kant en de wens om het vertrouwen van de patiënt te behouden en zijn pijn of angst te verlichten.
Auteurs hebben naar wetenschappelijke bronnen gezocht of huisartsen (potentieel) misbruik van en verslaving aan geneesmiddelen als veelvoorkomend ethisch dilemma ervaren. Ze hebben geen (Nederlandse) bron kunnen vinden die dit heeft onderzocht. In de praktijk hebben echter ook huisartsen en POH’s-GGZ te maken met geneesmiddelenverslaving. Ongetwijfeld leidt dit ook bij hen tot morele dilemma’s.
Sinds een aantal jaren staat verslaving aan geneesmiddelen extra in de schijnwerpers. Dit wordt grotendeels gestuurd door de opioïdencrisis in de Verenigde Staten (VS). Het in ruime mate voorschrijven van opioïden aan het begin van deze eeuw heeft geleid tot grote aantallen patiënten die worstelen met een stoornis in het gebruik van opioïden. Strengere regels voor artsen en apothekers hebben weliswaar geleid tot een daling van het aantal voorschriften van opioïden op recept, maar alternatieven, zoals heroïne en fentanylderivaten, zijn eenvoudig te verkrijgen. In de VS staat een overdosis drugs als doodsoorzaak op nummer één bij personen onder de 50 jaar. In 2018 was een opioïd bij bijna 70% van de drugsdoden de oorzaak. Er stierven bijna 47.000 mensen aan een opioïdoverdosis, een derde hiervan werd veroorzaakt door een op recept verkregen opioïd. Dit is een verviervoudiging ten opzichte van 1999. Anno 2020 zijn de sterftecijfers niet verbeterd; de COVID-19-pandemie lijkt juist bij te dragen aan een toename van sterfte aan drugs.
Ook in Nederland werden opioïden tot 2019 steeds meer voorgeschreven. Het overheidsbeleid stuurt sindsdien aan op een bewuster voorschrijven van opioïden, bijvoorbeeld door het oprichten van de 'Taakgroep Gepast Gebruik van Opioïden'. In Nederland stierven in 2017 220 personen aan een overdosis van legaal voorgeschreven opioïden.
Voorgaande illustreert dat elke arts en apotheker zich bewust moet zijn van zijn verantwoordelijkheid bij het voorschrijven of uitgeven van psychoactieve geneesmiddelen die verslaving kunnen veroorzaken. Zij vervullen een belangrijke rol in het voorkómen van schade door voorgeschreven geneesmiddelen. De POH-GGZ krijgt in de dagelijkse praktijk ook te maken met patiënten die deze middelen gebruiken. Reden om goed op de hoogte te zijn van risicofactoren voor het ontwikkelen van een verslaving. Het is belangrijk dat de POH-GGZ een verslaving kan herkennen, of het nu om een alcohol-, heroïne- of een geneesmiddelenverslaving gaat. Op die manier kan de POH-GGZ patiënt de juiste begeleiding bieden.
Deze nascholing gaat in op verslaving, hoe je deze kunt herkennen en hoe je als POH-GGZ op dit terrein kunt samenwerken en handelen. In het eerste deel (BLOK A) ligt de focus op verslaving in de breedste zin van het woord, in het tweede deel (BLOK B) gaan we dieper in op de verslaving aan geneesmiddelen, met name de opioïden en de benzodiazepines.
Accreditatie
Voor dit nascholingsprogramma is onder ID 441822 voor 3 punten accreditatie toegekend voor praktijkondersteuners huisartsenzorg bij de NVvPO en de LV POH-GGZ.
Inhoud
Blok A Stoornis in het gebruik van middelen
A1 Definities
A2 Hoe werkt verslaving?
A3 Verslavingsproblematiek
Blok B Receptgeneesmiddelen: opioïden en benzodiazepines
B1 Geneesmiddelenverslaving
B2 Samenwerking tussen huisarts, POH-GGZ en apotheker
Actie en verantwoording
Nadere bespreking van vragen en casuïstiek
Literatuur
Opdrachtblad ‘Invoering in de praktijk’
Teamoverleg en intervisie
Afsluitende toets
Over de auteurs
Anke Lambooij is apotheker en werkt als adviseur bij het Instituut Verantwoord Medicijngebruik (IVM). Ze is namens IVM projectleider van de Taakgroep Gepast Gebruik van Opioïden en is medeauteur van deze nascholing.
Dorothee Greven is arts en werkt als adviseur voor het IVM. Ze is medisch-inhoudelijk betrokken bij de taakgroep en heeft onder andere deze nascholing geschreven.
De Taakgroep Gepast Gebruik van Opioïden is in 2019 in opdracht van het Ministerie van VWS opgericht. De taakgroep heeft de opdracht zorgverleners, instellingen en patiënten te informeren over en aan te spreken op het verantwoord gebruik van opioïde pijnstillers. De kernactiviteiten van de taakgroep zijn gericht op het vergroten van kennis en het verbeteren van het gedrag van zorgverleners en patiënten met betrekking tot het opioïdengebruik.
Harold Wenning is verpleegkundig specialist GGZ. Hij werkt bij Praktijk voor psychologische expertise Maarsingh en Van Steijn in Leeuwarden en is gastdocent bij de opleiding POH-GGZ van NHL Stenden hogeschool. Daarnaast heeft hij 15 jaar ervaring als POH-GGZ in diverse huisartsenpraktijken in Friesland. Hij is auteur van het boek ADHD, een volwassen benadering en redacteur van het Handboek POH-GGZ.
Financiële banden: de auteur heeft geen financiële banden die betrekking hebben op de nascholing.
Doelstellingen
Na afloop van dit nascholingsprogramma:
- ken je de betekenis van lichamelijke en geestelijke afhankelijkheid;
- weet je wat een verslaving is en hoelang het kan duren voordat iemand een verslaving heeft;
- weet je welke verslaving het meest voorkomt in Nederland en ken je de omvang ervan;
- weet je hoe een verslaving ontstaat en welke risicofactoren een rol spelen;
- ken je de DSM-5-definitie stoornis in het gebruik van middelen en weet je wat ermee bedoeld wordt;
- weet je met welke klachten patiënten met een verslaving zich kunnen presenteren;
- ken je de maatschappelijke en sociale problemen die voortkomen uit verslaving;
- weet je wat geneesmiddelenverslaving is en welke geneesmiddelen het meest frequent tot verslaving leiden;
- weet je wat het belang van de samenwerking van huisarts, apotheker en POH-GGZ is en welke afspraken je kunt maken om geneesmiddelenverslaving te voorkomen;
- begrijp je het verschil tussen chronisch gebruik van geneesmiddelen en verslaving;
- weet je hoe je het gesprek kunt aangaan met een collega, wanneer je middelenmisbruik vermoedt;
- kun je met je patiënt het gesprek aangaan over misbruik en/of verslaving en weet je welke behandelinterventies er zijn.