‘Ernstige psychische aandoeningen’ (epa) is een verzamelnaam voor de chronisch verlopende psychische ziekten zoals psychotische stoornissen, ernstige stemmingsstoornissen, persoonlijkheidsstoornissen en/of verslavingen.
In de huisartsenpraktijk betreft dit meestal een overzichtelijke, kleine groep patiënten, waarmee alle disciplines te maken krijgen. De huisarts, de doktersassistent, de praktijkondersteuner somatiek (POH-S) en de praktijkondersteuner GGZ (POH-GGZ) dragen gezamenlijk de verantwoordelijkheid voor de eerstelijnszorg voor deze specifieke groep patiënten. Zij dienen actief rekening te houden met hun (bijzondere) kwetsbaarheden. Patiënten met een epa zijn crisisgevoelig en hebben vaak beperkingen op het gebied van sociaal en maatschappelijk functioneren. Daarnaast hebben ze meer gezondheidsproblemen en doen daardoor vaker een beroep op de huisartsenpraktijk.
Voor de huisarts en dus ook voor de praktijkondersteuners betekent dit extra oplettendheid op meerdere fronten. Zowel het verbeteren of behouden van de lichamelijke gezondheid als het versterken van de mentale veerkracht en het behouden van de psychische balans vragen extra inzet van de POH-GGZ. BLOK A gaat hier dieper op in.
Patiënten met psychische aandoeningen worden meestal ambulant behandeld en epa-patiënten die stabiel zijn, worden steeds vaker terugverwezen naar de eerste lijn. Hierdoor doen deze patiënten frequenter een beroep op de huisarts en praktijkondersteuner GGZ. De logistiek en daarbij behorende financiering van zorgprogramma’s voor patiënten met epa is nog in ontwikkeling. Naast deze beleidsmatige veranderingen is er meer wetenschappelijke kennis over herstelgerichte zorg. De patiënt zelf is, als ervaringsdeskundige, een belangrijke schakel geworden in het proces naar meer regie over de verschillende domeinen van zijn leven. Voor praktijkondersteuners is het belangrijk de generieke interventies te beheersen waarmee ze patiënten kunnen helpen de grip op hun leven te verbeteren en zo minder crisisgevoelig te zijn. In BLOK B wordt dit beschreven.
De wisselwerking tussen psychische en lichamelijke gezondheid is duidelijk aangetoond bij patiënten met epa. Een gezonde leefstijl verbetert ook de mentale veerkracht. In BLOK C gaan we nader in op de lichamelijke aspecten, de gezondheidsrisico’s van patiënten met epa en de bijwerkingen van psychofarmaca. Patiënten met epa gebruiken vaak jarenlang medicijnen die tot doel hebben de psychiatrische symptomen te verminderen. Dit zijn de antipsychotica, antidepressiva en stemmingsstabilisatoren. Helaas hebben deze medicijnen ook veel bijwerkingen, wat maakt dat er voortdurend een afweging gemaakt moet worden tussen de gewenste effecten en de nadelige effecten. Dit maakt een structureel vervolgbeleid noodzakelijk. Zie hiervoor BLOK C.
Accreditatie
Dit programma is door de LV POH-GGZ en de NVvPO voor 3 punten geaccrediteerd onder ID 555398.
Inhoud
BLOK A Extra alertheid en zorg voor patiënten met epa
A 1 Kenmerken en kwetsbaarheden
A2 Casuïstiek
A3 Signaleringsplan en maatwerk
BLOK B Generieke interventies
B1 Samenwerking in een netwerk
B2 Begeleiding
B3 Ondersteuning van en samenwerking met naasten
BLOK C Gezondheidsrisico's en psychofarmaca
C1 Lichamelijke gezondheid
C2 Medicatiemonitoring
Actie en verantwoording
Nadere bespreking van vragen en casuïstiek
Literatuur
Opdrachtblad ‘Invoering in de praktijk’
Teamoverleg en intervisie
Toets voor POH-GGZ 2024/2
Over de auteurs
Marian Oud was huisarts in Groningen en kaderhuisarts GGZ. In 2009 is ze gepromoveerd op Zorg van de huisarts voor mensen met ernstige psychische stoornissen. Daarna heeft zij in diverse multidisciplinaire richtlijnwerkgroepen geparticipeerd, zoals de MDR Schizofrenie, de MDR Persoonlijkheidsstoornissen, de generieke module Landelijke GGz Samenwerkingsafspraken tussen Huisarts, GBGGZ en SGGZ. Marian heeft de kaderopleiding GGZ opgezet bij het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Deze tweejarige kaderopleiding is bedoeld voor huisartsen die zich in de geestelijke gezondheidszorg willen specialiseren.
Arianne Beckers-Bruls is sinds 2013 werkzaam als arts bij het Ministerie van Defensie. Sinds 2020 is zij majoor-huisarts. Zij heeft ruime ervaring met militairen met (ernstige) psychische problemen en ziet regelmatig mensen met psychische stoornissen in de praktijk. Sinds september 2023 volgt zij de kaderopleiding GGZ aan het UMCG.
De auteurs hebben geen financiële banden met de farmaceutische industrie, ontvangen geen onderzoeksgeld van commerciële partijen en hebben geen bedrijfsbelangen of andersoortige financiële relaties met betrekking tot dit onderwerp.
Doelstellingen
Na het afronden van dit nascholingsprogramma:
- weet je wat de kenmerken en de kwetsbaarheden van patiënten met epa zijn;
- kun je de signalen van ontregeling herkennen en interventies toepassen om de psychische balans te herstellen en de weerbaarheid te vergroten;
- weet je hoe je samen met de patiënt een signaleringsplan kunt opstellen;
- weet je wanneer je de zorg moet opschalen naar een hoger echelon;
- kun je de patiënt informeren over je rol en samen inventariseren wat de patiënt aan begeleiding nodig heeft om te kunnen herstellen;
- kun je de doelen van jouw begeleiding afspreken en de resultaten hiervan evalueren;
- let je op de context van de patiënt en betrek je de naastbetrokkene(n) bij het begeleidingsplan;
- houd je rekening met de minderjarige kinderen van ouders met psychische problemen (KOPP), in het bijzonder als de opvoedingsvaardigheden tekort dreigen te schieten (kindcheck);
- heb je kennis van de gezondheidsrisico’s van patiënten met epa;
- kun je een leefstijlanamnese afnemen;
- weet je in grote lijnen wat het beoogde effect en de bijwerkingen zijn van de meest gebruikte groepen geneesmiddelen.