Samenvatting
Een mens leeft niet van brood alleen. Voor zover mensen in staat zijn om na te denken, kunnen ze niet leven zonder betekenissen. Betekenissen geven oriëntatie en houvast, ze helpen de wereld leefbaar maken en stellen ons in staat te communiceren met elkaar. Wanneer mensen ziek worden, wordt de vanzelfsprekendheid van hun wereldbeeld doorbroken. Ziekte dwingt mensen veelal om zich op een nieuwe manier te verhouden tot de wereld om hen heen: het eigen lichaam, het zelfbeeld, de naasten en dierbaren. Ook het toekomstbeeld dat men had, kan onder druk komen te staan. De vragen die op patiënten afkomen kunnen zo fundamenteel zijn, dat we spreken van bestaansvragen of existentiële vragen.
Hoe patiënten omgaan met dergelijke vragen is van grote invloed op hun welbevinden. Ze vormen een factor naast de biologische, sociale en psychische factoren die van invloed zijn op gezondheid en welbevinden. Daarom is het voor een huisarts met een brede blik op patiënten en hun welbevinden van belang enigszins op de hoogte te zijn van de betekenisdimensie.
Deze nascholing is uit twee blokken opgebouwd. BLOK A bevat een algemene inleiding in de spiritualiteit en spirituele zorg zoals die voor huisartsen relevant is. Achtergrondtekst voor dit blok is de richtlijn Spirituele zorg, die eind 2010 verschenen is in het IKNL-Richtlijnenboek, aangevuld met inzichten die sindsdien opgedaan zijn. BLOK B bevat verdiepingsstof die zich richt op spirituele zorg in de palliatieve zorg. In dit blok wordt het ars moriendi of diamantmodel uitgelegd. Achtergrond voor dit blok zijn de boeken Ruimte om te sterven en Van levenskunst tot stervenskunst.
Accreditatie
Voor dit nascholingsprogramma is voor 2 punten accreditatie toegekend onder ID233091 voor huisartsen, specialisten ouderengeneeskunde en artsen verstandelijk gehandicapten.
Inhoud
BLOK A Algemene inleiding in de spiritualiteit
A1 Spiritualiteit in de huisartsenpraktijk
A2 Gesprekstechniek: luisteren in laagjes
A3 Het natuurlijk verloop van een spiritueel proces
A4 Spiritualiteit en hoop
A5 Existentiële crisis
BLOK B Het ars moriendi model
B1 Inleiding op het diamantmodel
B2 Vijf spanningsvelden
Actie en verantwoording
Nadere bespreking van vragen en casuïstiek
Literatuur
Auteur
Carlo Leget (1964), is hoogleraar zorgethiek aan de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht. Daarnaast is hij bijzonder hoogleraar ethische en spirituele vragen in de palliatieve zorg vanuit de Associatie Hospice Care Nederland. Hij is bestuurslid van Palliactief, Nederlandse vereniging voor professionele palliatieve zorg, en vice-president van de European Association for Palliative Care. In deze laatste vereniging is hij medeoprichter en voorzitter van de Taskforce Spiritual Care. Op zijn naam staan verschillende publicaties op het terrein van de spiritualteit in de palliatieve zorg, zoals Ruimte om te sterven (Lannoo 2003/2012) en Van levenskunst tot stervenskunst (Lannoo 2008). Hij was eerste auteur van de IKNL richtlijn spirituele zorg (2010), en is voorzitter van de IKNL werkgroep die de nieuwe richtlijn spirituele zorg gaat ontwikkelen.
Belangenconflicten: geen.
Doelstellingen van dit nascholingsprogramma
Na afloop van deze nascholing:
- kunt u uw eigen verhouding tot spiritualiteit onder woorden brengen;
- kunt u werken met een definitie van spiritualiteit;
- weet u het onderscheid tussen spiritualiteit, religie en kerkelijkheid;
- kunt u verschillende gespreksmodellen hanteren om spiritualiteit te verkennen;
- kunt u de spirituele laag in een gesprek herkennen;
- herkent u het natuurlijk verloop van een spiritueel proces;
- kunt u drie benaderingen van hoop onderscheiden en hanteren;
- herkent u een existentiële crisis en kunt u adequaat doorverwijzen;
- kunt u werken met het ars moriendi model.