Samenvatting
Burn-out en overspanning komen veel voor. Van alle werkenden die hun baan onderbraken geeft 15% van de vrouwen en 9% van de mannen aan dat dit te maken had met klachten die in 92% door een huis- of bedrijfsarts werden geduid als overspanning of burn-out. Burn-out is ook verantwoordelijk voor 29% van al het werkgerelateerde ziekteverzuim. Burn-outklachten lijken in een steeds groter deel van de werknemers voor te komen. Hoe dit komt is niet met zekerheid te zeggen. Is het onze samenleving, die steeds maar sneller en ingewikkelder wordt? Is het de verbeterde bekendheid met de diagnose en vinden mensen het gemakkelijker om erover te praten? Zowel de betere bekendheid als het doorbreken van het taboe hebben een drempelverlagend effect op de gang naar de ggz en veel mensen met stressgerelateerde klachten komen daar ook.
De nascholingsparagrafen over burn-out zijn gebaseerd op de NHG-Standaard Overspanning en burn-out uit 2018. Binnen de psychiatrische classificatiesystemen heeft de diagnose burn-out echter geen plaats. Regelmatig wordt dit beeld geclassificeerd als aanpassingsstoornis, somatisch-symptoomstoornis of lichte depressieve stoornis. Het onderscheid met deze en andere psychiatrische stoornissen is ook niet altijd gemakkelijk te maken. Bovendien is er ook regelmatig sprake van burn-outklachten bij psychiatrische stoornissen, met name stressorgerelateerde stoornissen en stemmingsstoornissen. Daarom wordt in deze nascholing aan beide situaties aandacht besteed.
Stressorgerelateerde stoornissen en stemmingsstoornissen komen veel voor. De belangrijkste zijn de depressieve stemmingsstoornissen. Ongeveer 19% van de mensen lijdt er gedurende zijn leven een bepaalde periode aan en het begint vaak in de jonge volwassenheid. Het merendeel van de kinderen van depressieve ouderen ontwikkelt zelf ook een angststoornis of depressie. Depressie komt bij vrouwen twee keer zo vaak voor als bij mannen. In de DSM-5 wordt depressie geclassificeerd als depressieve stoornis, behorend tot de depressieve-stemmingsstoornissen, maar voor de overzichtelijkheid spreken we hier van ‘depressie’. Deze nascholing is gebaseerd op de nieuwste internationale literatuur.
In BLOK A wordt ingegaan op de diagnostiek van overspanning en burn-out en daarna op de differentiaaldiagnostiek ten opzichte van de stressorgerelateerde en stemmingsstoornissen, met name depressie. Vervolgens worden in BLOK B de preventie en behandeling besproken van overspanning en burn-out en van burn-outklachten bij patiënten met een stressorgerelateerde of stemmingsstoornis.
Doelstellingen van dit nascholingsprogramma
Accreditatie
Dit programma is door de KNMG voor 2 punten geaccrediteerd onder ID
446030. Accreditatie geldt tot 26 oktober 2023.
Inhoud
BLOK A Voorkomen en diagnostiek
A1 Casuïstiek
A2 Wat is burn-out?
A3 Differentiaaldiagnose met psychiatrische stoornissen
A4 Casuïstiek
BLOK B Behandeling
B1 Behandeling van burn-out en burn-outklachten bij psychiatrische stoornissen
B2 Casuïstiek
Actie en verantwoording
Nadere bespreking van vragen en casuïstiek
Literatuur
Opdrachtblad ‘Invoering in de praktijk’
Teamoverleg/Hagro/FTO/WDH
Toets voor Huisartsen 2021/6
Auteur
Witte Hoogendijk is hoogleraar en hoofd van de afdeling Psychiatrie van het Erasmus MC in Rotterdam. Als psychiater behandelt hij vooral patiënten met stressgerelateerde stoornissen en daar geeft hij ook onderwijs in. Daarnaast doet hij al 30 jaar onderzoek naar de biologische, psychologische en sociale rol die stress speelt bij het ontstaan van stressgerelateerde aandoeningen, zoals burn-out en depressie. Resultaten en visie vanuit dit onderzoek heeft Witte Hoogendijk regelmatig voor een breder publiek vertaald op televisie (Nieuwsuur, VPRO’s Labyrint, VARA’s Nieuwslicht, Coen Verbraaks Kijken in de ziel, NOS-journaal, VARA’s Paul Witteman en Buitenhof) en in de geschreven pers (NRC Handelsblad, Volkskrant, en andere). Samen met Volkskrant-journalist Wilma de Rek schreef hij het boek Van Big Bang tot Burn-out: het grote verhaal over stress en het boek Leef als een beest. .
Belangenconflicten: geen.
Doelstellingen
Na afloop van dit nascholingsprogramma:
- kent u de fysiologie van het stressresponssysteem;
- kunt u een differentiaaldiagnose maken tussen overspanning, burn-out en stressorgerelateerde of stemmingsstoornis;
- weet u hoe overspanning en burn-out worden behandeld;
- kunt u bepalen wanneer u stressorgerelateerde en stemmingsstoornissen doorverwijst naar de tweede lijn.