Samenvatting
Infectieziekten zijn belangrijke oorzaken van ziekte en sterfte. Infectieziekten worden overgebracht door micro-organismen, zoals virussen, bacteriën of parasieten. Infectieziekten zijn in theorie te voorkomen, wanneer het mogelijk zou zijn om niet in aanraking te komen met deze micro-organismen. Maar dit is in de praktijk nagenoeg onmogelijk; contact met micro-organismen is in het normale dagelijkse leven niet te vermijden. Ze zitten in de lucht, op je huid, in je darmen, op voedsel en op voorwerpen en kunnen op allerlei manieren worden overgebracht.
Gelukkig heeft men al lang geleden ontdekt dat het mogelijk is om afweer op te bouwen tegen bepaalde micro-organismen door te vaccineren. Het woord ‘vaccin’ is afgeleid van het Latijnse woord ‘vacca’: koe. Dit komt doordat vaccinatie met koepokken de oudst bekende vaccinatie is.
Vaccineren is een belangrijke manier om infectieziekten te voorkomen. Vaccins zijn gebaseerd op het micro-organisme dat de verwekker is van de infectieziekte waartegen het vaccin bescherming moet bieden.
Van oudsher worden vaccins voor de preventie van infectieziekten toegepast. Vaccins horen zelfs tot de meest kosteneffectieve geneesmiddelen. Door vaccinaties op grote schaal toe te passen kunnen besmettelijke ziekten worden uitgeroeid. Pokken is een voorbeeld van een ziekte die is uitgeroeid. Ook poliomyelitis (kinderverlamming) zal waarschijnlijk binnenkort uitgeroeid zijn.
Dit nascholingsprogramma laat je zien hoe vaccins werken, hoe ze zijn samengesteld, welke effecten bij de mens te verwachten zijn en hoe ze gebruikt kunnen worden. Je leest ook op welke manier de Nederlandse overheid vaccins inzet. Ook wordt er in dit programma ingezoomd op een aantal nieuwe ontwikkelingen: vaccins tegen COVID-19, gordelroos, meningokokken en pneumokokken bij ouderen. Natuurlijk wordt de vertaalslag naar de apotheek gemaakt, zodat je de opgedane kennis heel praktisch kunt gaan inzetten, bijvoorbeeld bij het geven van voorlichting
Naar specifieke productinformatie zul je in deze cursus tevergeefs zoeken. Hiervoor verwijzen we je naar de bijsluiter of uitgebreidere informatie, terug te vinden via openbare websites als www.cbg-meb.nl of in naslagwerken zoals het Farmacotherapeutisch Kompas (www.farmacotherapeutischkompas.nl).
Tot slot is het goed om te weten dat vaccins ook ontwikkeld worden voor andere indicatiegebieden dan infectieziekten. Er zijn al anti-allergievaccins, waarmee een overmatige reactie op allergenen (huisstofmijt, diverse pollen) gedempt kan worden. Ook op andere terreinen worden vaccins ontwikkeld. De belangrijkste van deze terreinen zijn de oncologie (immunisatie tegen infecties met virussen die uiteindelijk tot maligne veranderingen kunnen leiden, zoals hepatitis B en humaan papillomavirus; immunisatie tegen tumorantigenen zelf), verslaving (vaccins die antistoffen opwekken tegen nicotine, cocaïne of heroïne, zodat deze stoffen de bloed-hersenbarrière niet meer kunnen passeren of op receptoren kunnen aangrijpen om hun genotseffect te geven), atherosclerose en de ziekte van Alzheimer.
Dit nascholingsprogramma beperkt zich tot vaccins ter preventie van infectieziekten.
Accreditatie
Dit programma is door het Kwaliteitsregister Apothekersassistenten voor 3 punten geaccrediteerd onder ID 443937.
Inhoud
BLOK A Achtergronden
A1 Hoe werken vaccins?
A2 Hoe worden vaccins ingezet?
A3 Verschillende soorten vaccins
BLOK B Medicatie en toepassing van vaccins
B1 Vaccins en effecten bij de mens
B2 Vaccinaties in de praktijk
B3 Nieuwe ontwikkelingen rond vaccins
Actie en verantwoording
Nadere bespreking van vragen en casuïstiek
Literatuur
Overleg met collega’s en de apotheker(s)
Opdrachtblad ‘Opnemen in het takenpakket’
Begrippenlijst
Afsluitende toets
Auteurs
Dr. H.C. Rümke is kinderarts (niet praktiserend) en klinisch vaccinoloog. Na eerdere werkzaamheden rond onderzoek naar vaccins bij het RIVM en ErasmusMC/Vaxinostics BV werkte hij van 2011 tot zijn pensionering in 2016 bij het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb. Hij was tot en met 2018 lid van de Gezondheidsraad Commissie Vaccinaties.
Drs. C.M. de Leeuw is apotheker en houdt zich als zelfstandige bezig met het schrijven van (medische) artikelen en nascholingen. Van 2008 tot 2015 werkte hij als redacteur bij het Pharmaceutisch Weekblad en van 2015 tot 2019 was hij wetenschappelijk medewerker bij het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP, waar hij onder andere doseringsadviezen voor patiënten met obesitas en dialysepatiënten ontwikkelde.
Financiële banden: de auteurs hebben geen financiële banden die betrekking hebben op dit onderwerp.
Doelstellingen
Algemeen leerdoel: na afronding van dit nascholingsprogramma kun je zowel algemene als specifieke vragen rondom vaccinaties beantwoorden en gericht voorlichting geven aan patiënten.
Dit leerdoel bereik je na het afronden van dit programma, doordat je:
- weet hoe vaccins werken;
- weet hoe in Nederland de vaccinvoorziening is geregeld en wat de belangrijkste toepassingsgebieden zijn;
- de verschillende soorten vaccins kent en weet hoe je ze moet bewaren en ter hand moet stellen;
- op de hoogte bent van de effecten van vaccins bij de mens en van de belangrijkste contra-indicaties.